Circa twee miljoen mensen fitnessen in Nederland. Negen op de tien fitnessbeoefenaars voelen zich gezond tot zeer gezond, zowel fysiek als mentaal. Een deel van de sporters gebruikt met name middelen om af te vallen, en minder vaak om spiermassa op te bouwen. Eén op de twintig fitnessbeoefenaars gebruikt stimulerende middelen om extra vetmassa te verliezen. Eén op de honderd gebruikt spieropbouwende middelen zoals anabole steroïden. Dit blijkt uit een onderzoek van TNO en de Universiteit Utrecht naar de gezondheid en leefstijl van fitnessbeoefenaars.
TNO onderzocht in opdracht van de Dopingautoriteit in totaal meer dan zevenhonderd fitnessbeoefenaars uit 92 verschillende centra. Zij beantwoordden vragen over hun gezondheid, leefstijlgewoonten, voedingssupplementengebruik en over dopinggebruik. Het onderzoek is gefinancierd door het Ministerie van VWS.
Fitnessers tevreden over eigen gezondheid en hun fitnesscentrum
Fitnessbeoefenaars zijn tevreden over zichzelf en over het centrum dat zij bezoeken. Negen op de tien sporters voelt zich gezond tot zeer gezond, zowel fysiek als mentaal. Zes op de tien gebruikt voedingssupplementen, waarbij vitamine en/of mineralensupplementen verreweg het populairst zijn. In het fitnesscentrum doet tweederde van de sporters aan vrije training (cardiofitness dan wel conditietraining), ongeveer een derde aan krachttraining, een kwart aan indoorcycling, bodybalance of vergelijkbare lessen. Het fitnesscentrum krijgt gemiddeld het cijfer 8 (op een schaal van één tot tien).
Gebruikte middelen
Prestatieverhogende middelen om versneld vetmassa kwijt te raken, zoals amfetamines en efedrine-achtige stoffen, worden vaker gebruikt dan spierversterkers: van de bezoekers van fitnesscentra gebruikt ongeveer één op de twintig stimulerende middelen om af te vallen. Ongeveer één op de honderd gebruikt spieropbouwende middelen zoals insuline, groeihormonen en anabole steroïden. Uiteraard zijn er ook gebruikers die meerdere middelen gebruiken of andere middelen die buiten deze hoofdcategorieën vallen.
Ontmoedigingsbeleid
Het onderzoek is uitgevoerd op verzoek van het ministerie van VWS. Staatssecretaris Bussemaker: “Het gebruik van de “zwaardere” dopingmiddelen door bezoekers van fitnesscentra baart mij zorgen, maar er is geen sprake van een onbeheersbare omvang. Om het gebruik van middelen terug te dringen, wil ik dat de Dopingautoriteit de campagne “Eigen Kracht” meer gericht gaat inzetten. Daarnaast biedt het initiatief van de brancheorganisatie van sport- en bewegingscentra FitVak om onder andere meer aandacht te besteden aan doping in de opleidingen van fitnessinstructeurs perspectief. Hierin zie ik mogelijkheden tot nauwere samenwerking tussen de Dopingautoriteit en FitVak. Voor een actief eigen ontmoedigingsbeleid wil ikdat fitnesscentra en sportscholen een dopingparagraaf in de leveringsvoorwaarden opnemen.”
Voorlichting over gevaren stimulerende middelen nodig
Herman Ram, directeur van de Dopingautoriteit reageert bezorgd op het gebruik van stimulerende middelen om af te vallen: “Het onderzoek geeft aan dat het gebruik van doping er vaak op gericht is om er slanker en strakker uit te zien.” De gemelde middelen vallen allemaal onder de Geneesmiddelenwet, maar worden gebruikt door verder gezonde sporters in een niet-medische omgeving. De Dopingautoriteit zal de resultaten onder andere gebruiken om haar voorlichtingsprogramma’s van de Dopingautoriteit te versterken. Ram: “We moeten sporters met voorlichting nog verder wijzen op gezondere alternatieven om hetzelfde doel te bereiken.”
Trends zichtbaar maken
Het is de bedoeling om het onderzoek over enkele jaren te herhalen om zo trends in leefstijl en middelengebruik onder bezoekers van fitnesscentra in beeld te kunnen brengen. Het Ministerie van VWS heeft in een eerder stadium al de Gezondheidsraad om een advies gevraagd om de gezondheidseffecten van middelengebruik in kaart te brengen. Dit advies wordt later dit jaar verwacht.
meer informatie:
Volledig Rapport (pdf)
Samenvatting (pdf)
Summary in english (pdf)