N i e u w bericht, meer informatie
PARIJS (ANP) - De organisatie van de Tour de France beschikt in de komende ronde over warmtecamera's om motortjes in racefietsen op te sporen. De Franse regering levert de high tech appartuur, meldde de staatssecretaris van Sport maandag in een persconferentie.
De camera's zijn ter aanvulling op de apparatuur die de internationale wielrenunie UCI al gebruikt in de zoektocht naar de zogeheten mechanische doping. Met magnetische resonantie ontdekte de UCI eerder dit jaar bij de WK veldrijden een motortje in de fiets van de Belgische Femke van den Driessche. Het leverde de wielrenster een schorsing van zes jaar op.
Tourbaas Christian Prudhomme toonde zich ingenomen met de speciale camera's. ,,Wie nog de boel wil belazeren, moet zich ongerust maken'', zei hij.
Staatssecretaris van Sport Thierry Braillard uitte zich in gelijke bewoordingen en voegde eraan toe dat de camera's die de regering verstrekt, bijzonder hoogwaardig zijn. ,,Met deze technologie, die is goedgekeurd door de UCI en de Tourorganisatie, kan zelfs een motor die niet loopt ontdekt worden'', zei hij.
De UCI voerde de strijd tegen mechanische doping op na het WK veldrijden en kondigde aan nog dit jaar 10.000 tot 12.000 racefietsen in het profpeloton te willen controleren op motortjes. In de Tour, dit jaar van 2 tot en met 24 juli, zullen fietsen steeksproefsgewijs met de camera's worden gecontroleerd.
Journalisten van het Franse televisieprogramma Stade 2 en de Italiaanse krant Corriere della Sera claimden onlangs dat ze motortjes hadden ontdekt met behulp van warmtedetectoren in zeven fietsen die waren gebruikt in de Italiaanse koersen.
De berichten op dit gedeelte van de website zijn direct overgenomen van de newsfeed van het ANP. De redactionele verantwoordelijkheid voor de berichten berust bij het ANP.
De Dopingautoriteit is niet verantwoordelijk voor de inhoud van de hier gepubliceerde berichten en aanvaardt geen aansprakelijkheid voor enige schade die (mogelijk) het gevolg is van eventuele onjuistheden en/of (andere) onvolkomenheden in deze berichten.