Dried blood spot controle

Naast de traditionele urine- en bloedcontroles is er een nieuwe dopingcontrolemethode: de Dried Blood Spot (DBS) controle. De Dopingautoriteit voert (nog) geen DBS-controles uit. Nederlandse sporters kunnen echter wel geselecteerd worden voor een DBS-controle door buitenlandse anti-dopingorganisaties, bijvoorbeeld de International Testing Agency (ITA) en de nationale antidopingorganisaties (NADO’s) van de Verenigde Staten (USADA) en het Verenigd Koninkrijk (UKAD). DBS-controles zijn voor het eerst grootschalig geïntroduceerd bij de Olympische Winterspelen in Beijing in 2022. Ook tijdens de Olympische en Paralympische Spelen van Parijs 2024 zullen er DBS-controles worden uitgevoerd.

Wat zijn DBS-controles?

Bij DBS-controles wordt er een kleine hoeveelheid bloed afgenomen uit kleine bloedvaten (haarvaten) in de huid bij de bovenarm of het vingertopje. Dit is anders dan bij traditionele bloedcontroles, waarbij bloed wordt afgenomen uit een ader. De bloeddruppels worden verzameld op absorberend papier.

Hoe worden DBS-monsters verzameld?

De twee manieren waarop de meeste DBS-monster worden verzameld zijn:

1. Absorberend papier in combinatie met een naald waarmee in de vinger wordt geprikt.

De sporter kiest een DBS-set.
De sporter opent de DBS-set en haalt de inhoud uit de set.
De sporter controleert of de codenummers van alle spullen uit de DBS-set overeenkomen.
De dopingcontroleofficial (DCO) prikt met een naald in het vingertopje van de sporter.
De DCO vangt een druppel bloed op met het absorberend papier.
De bloeddruppel verspreidt zich en maakt meerdere stippen op het absorberend papier.
De DCO oefent 30-60 seconden druk uit op de plek van afname.
De DCO sluit de DBS-set.
De DCO verzegelt het monster.
De sporter en DCO controleren en ondertekenen het dopingcontroleformulier.

Bekijk hier de volledige procedure.

2. Wegwerpapparaat met een geïntegreerde naald die geplaatst wordt op de bovenarm van de sporter.

De sporter kiest een DBS-apparaat.
De sporter wordt gevraagd een plek op het lichaam, bij voorkeur de bovenarm, te kiezen. De DCO maakt deze plek schoon met een alcoholdoekje, en wacht tot het droog is.
De DCO plaatst het apparaat op de huid van de sporter. De achterkant is zelfklevend.
De DCO/sporter houdt het apparaat op zijn plek en drukt op de rode knop. Hiermee wordt een micronaald geactiveerd. Deze prikt in de huid en gaat vervolgens direct terug in het apparaat. Het apparaat blijft zitten door de zelfklevende achterkant.
Een kleine hoeveelheid bloed wordt in het apparaat getrokken naar vier stippen van absorberend papier. Alle stippen moeten rood worden. Dit kan 5 minuten duren.
Als alle stippen rood zijn, verwijdert de DCO het apparaat en plakt een pleister op de afnameplek.
Vervolgens kiest de sporter een opslagdoosje.
De DCO verwijdert het absorberend papier uit het apparaat en plaatst het in het opslagdoosje. De DCO/sporter sluit de deksel van het opslagdoosje.
Bij het sluiten van de deksel worden de stippen naar de bodem van het opslagdoosje gedrukt. Hierdoor worden het A- en B-monster gescheiden.
De sporter controleert het opslagdoosje en geeft goedkeuring dat het monster juist verpakt is.
De DCO plaatst het opslagdoosje in een foliezak. De zak bevat silicagel om vocht op te nemen.
De sporter en DCO controleren en ondertekenen het dopingcontroleformulier.

Bekijk hier de volledige procedure.

Nog vragen?

Heb je naar aanleiding van deze webpagina over DBS-controles nog vragen? Stuur dan een e-mail naar dopingvragen@dopingautoriteit.nl of stel je vraag via WhatsApp (06-11226200). Vragen worden binnen één werkdag beantwoord.